Koken in (giet)ijzeren potten gebeurt al eeuwen in Zuid-Afrika. Toen Jan van Riebeeck en zijn gevolg in 1652 voet op Zuid-Afrikaanse bodem zetten, hadden zij ongetwijfeld bronzen of gietijzeren kookpotten bij zich. En toen de Voortrekkers begin 1800 de Kaapkolonie verlieten, was de 'swart pot' een belangrijk onderdeel van de inventaris van hun ossewagens.
Niet meer weg te denken
Inmiddels, twee eeuwen verder, is het potjie niet meer weg te denken uit de Zuid-Afrikaanse keuken. Vooral potjiekos is bekend én beroemd. Wie in Zuid-Afrika geweest is en géén potjiekos gehad heeft, moet zeker nog een keer terug. Potjiekos hoort in het rijtje: braai, boboti en biltong.
Ieder seizoen
Potjiekos kun je in ieder seizoen maken. Aangepast aan het weertype en aan de groenten van het seizoen. Traditioneel gezien wordt potjiekos in lagen opgebouwd. Harde ingrediënten gaan onderin, de zachtere erbovenop; al naar gelang de hitte die een ingrediënt nodig heeft. Een potjie mag rustig tussen anderhalf en zes uur pruttelen, afhankelijk van de ingrediënten en het recept. Roeren is ten strengste verboden, althans volgens de echte liefhebbers.
>> Vindt u het lastig om te kiezen? Vraag gerust ons advies.
